donderdag 7 april 2011

Een mislukte reis en een geslaagd tripje (2/2)

Lang leve internet. Lang leve mijn computer. Lang leve Google Maps. Lang leve GeneaKnowHow. En lang leve alle andere goede mensen en dingen zie mij De Weg Wijzen en Helpen in Genealogenland.
Hoe nu kwam ik in Kesteren terecht?
Om een kort verhaal lang te maken: vorige week belde een mij onbekende man aan de deur die een partij hout voor in de haard te koop aanbood. Hij zei uit Arnhem te komen en bij mij in de buurt wat vaste afnemers te hebben. Terwijl ik hem uitlegde dat ik dat niets kon gebruiken omdat ik geen open haard heb en het huis zelfs niet meer over bruikbare schoorstenen beschikt, onderbrak hij me met de kreet:
"U heet Van Nifterick!"
Dat was geen nieuws voor me en ook was het geen wonder dat hij dat wist, want wij hebben op ooghoogte zo'n koperen naambordje op de deur geschroefd.
"Dan bent u van adel!" kwetterde hij vrolijk.
"Dat dacht ik niet, hoor," antwoordde ik.
"Jawel hoor," ging hij onverstoorbaar verder. "Ik weet het zeker. Uw familie komt uit de Betuwe en ze waren daar Heren."
Ik bedacht dat er voor nageslacht toch ook dames nodig moeten zijn geweest, maar hield me in.
"Hoe komt u daarbij?" vroeg ik, zo neutraal mogelijk.
"Dat staat allemaal in een boek, ik weet niet meer hoe het heet, maar het staat in een boek."
"..."
"Weet u waar u het moet vragen? Bij de Historische Kring in Kesteren. Daar moet u vragen naar Kobus, die weet er alles van, echt waar."
Ik bedankte hem hartelijk voor deze informatie, hij vertrok onverrichter zake en ik ging meteen weer op zoek naar de bekende envelop van tante. Mijn topografische kennis van Nederland gaat niet veel verder dan de grootste steden, maar via Google Maps kwam ik er snel achter dat Lede en Oudewaard in de achtertuin van Kesteren ligt. Gelukkig vond ik via Google het adres van de Historische Kring waar mijn houtvriend me op attent maakte.
Als iemand iets van Oudewaard afweet, dan hoopte ik die daar toch te vinden. Zo ging ik gisteren op pad, onder de in deel 1 van dit bericht gemelde weersomstandigheden.
Kesteren is niet moeilijk te vinden. Ik kon van uit het westen zelfs kiezen uit twee routes, de A12 en de A15. Ook het adres was niet te missen, het is het voormalig stationsgebouw.
De ontvangst in het Arend Datema Instituut was allerhartelijkst. Direct bij binnenkomst werd ik, nog voor ik een vraag kon stellen, door een van de vele vrijwilligers die de vereniging telt, meegeloodst naar de woonkeuken, waar het dienstdoende personeel net aan de koffie zat, en waar ik zo maar mocht aanschuiven aan de lange tafel. Ik werd voorgesteld aan de expert op genealogisch gebied, die mij een middag lang (!) onvermoeibaar wegwijs maakte in de aanwezige uitgebreide bibliotheek met informatie over het gebied rond Kesteren.
Ik had voor mezelf drie vragen waarop ik daarin het antwoord hoopte te vinden:
  1. Is Rutger van Nefterik inderdaad geboren in Oudewaard?
  2. Wie waren zijn ouders?
  3. Onder welke omstandigheden moet hij hebben geleefd, met andere woorden: hoe waarschijnlijk is het dat de familie beschikte over enig kapitaal of zelfs maar een adelijke titel? Op die laatste vraag vermoedde ik toch geen antwoord te zullen vinden.
Een schat aan informatie vormen de door de werkgroepleden  getranscribeerde doop- en trouwboeken met bijbehorende indexen. Alles bijeen omvat deze informatie enkele boekenplanken. Het is een werk in uitvoering. Ook protocollen van bezwaar en verpondingen, ledematenregisters en dergelijke horen tot deze Osenvorenreeks. Mijn nieuwe vriend ging aan de slag om digitaal op zoek te gaan naar de gevraagde informatie en ik boog me over de Osevorenboekjes.
Het leek aanvankelijk op een teleurstelling uit te draaien, want noch de computer, noch de Osevoren kwamen met iets bruikbaars, maar ten slotte vond ik in drie van de vele deeltjes een vermelding van personen met ongeveer de achternaam Van Nifterik, in drie verschillende dorpen en in drie verschillende spellingen. Twee vielen er af, die kende ik wel, maar ze behoren hoogstwaarschijnlijk niet tot 'onze' familie.
Maar toen vond ik in een index de vermelding "Rutger van Nestrik". In het bijbehorende protocol bleek het inderdaad om de hoofdpersoon in dit verhaal te gaan. In 1757 erfde zijn vrouw Trijntje, samen met haar zuster (?) de helft van een huis met hof en boomgaard in IJzendoorn, een gehucht bij Ochten, dat tegenwoordig onder de gemeente West-Betuwe valt. IJzendoorn ligt hemelsbreed op hooguit vijf kilometer van Oudewaard... Toeval? Dat wil ik niet, maar natuurlijk moet dat verder uitgezocht worden.
Op mijn vragen heb ik nu nog geen antwoord, maar toch vertrok ik na drie uren met een kopie van het getranscribeerde protocol, een stapeltje boeken over de omgeving van Kesteren en nog wat nuttige informatie onder de arm, en met een tevreden gevoel in de richting van de ondergaande zon. Een beetje nieuwe informatie heb ik nu toch: Rutger had in elk geval een beetje geld tot zijn beschikking: de opbrengst van de erfenis was, na aftrek van belastingen bijna 400 gulden, een aardig bedrag in die tijd (1757), omgerekend ruim x80 3.000,- besteedbaar nu.
Op de terugweg reed ik nog even door het eveneens dicht bij Oudewaard gelegen, dromerige dorp Lienden. Ik nam foto's van het kerkje, van een paar pittoreske huizen en een boomgaard in de verte en stelde me voor hoe de familie daar, honderden jaren geleden, de kinderen liet dopen en 's zondags ter kerke ging. Of niet, natuurlijk, want Kesteren was dichterbij, maar het gaat om het idee.
Verder onderzoek naar Rutger zal ik moeten doen in het Streekarchief Rivierenland in Tiel en misschien ook in het Gelders Archief in Arnhem, maar daarmee wacht ik tot het wederom mooi weer is. Dat is een van de grote voordelen van deze hobby: alles kan wachten. Heerlijk.
Aantal personen in mijn bestand: 87.801
Aantal personen met de achternaam Post: 9.998
Aantal personen met de achternaam Van Niftrik (in veel spellingsvarianten): 734, waarvan aantoonbaar directe familie: 190

Geen opmerkingen:

Een reactie posten